Voorkeurshouding

Wanneer een kindje het grootste deel van de dag naar een kant kijkt spreken we van een voorkeurshouding. Meestal ontstaat deze tussen moment van geboorte en dat het kindje drie maanden is.

Door eenzijdige belasting van het hoofdje kan het zijn dat het hoofdje afgeplat raakt. Ouders signaleren met name de afplatting waarmee ze naar de kinderfysiotherapeut komen. Echter is het verminderen van de voorkeurshouding ook belangrijk voor de verdere ontwikkeling. Wanneer een kindje altijd naar een kant kijkt ziet hij maar een handje en een beentje waardoor eenzijdig gebruik ontstaat. Daarmee kan een achterstand in bewegen en fijn motorische vaardigheden ontstaan.